Er was eens, heel lang geleden ...
Zo beginnen een heleboel sprookjes, en zo begint ook dit verhaal

Klik hier om naar deel 2 'Het goudtransport' te gaan


Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

h01

Hoofdstuk 1

 
Er was eens, heel lang geleden, een prins die met zijn geliefde het land door trok op zoek naar een geschikte plek om te wonen.   De naam van de jonge prins was Ivan en zijn lieve bruid heette Naomi. Ze waren kort er voor getrouwd, maar konden niet in het paleis van hun vader wonen.
 
 
Ze werden vergezeld door twee knechten die voor hen en de dieren zorgden en hen beschermden tegen rovers onderweg.   'Wat vind ik het erg', zei de prins tegen zijn prinses, 'dat ik je geen fatsoenlijk paleis kan aanbieden als woning, maar dat we als zwervers door het land moeten trekken.'
 


h02

Hoofdstuk 2

 
Het wordt tijd om de dieren te laten rusten. De knechten verzorgen de paarden goed en geven hun lekkere haver te eten.
 
  "Ik heb zin om wat te bewegen", zegt de prinses. "Van de hele tijd stil zitten en hobbelen op deze kar, heb ik stijve spieren gekregen".
 
De prins en de prinses gaan op de grond allerlei oefeningen doen: de prins probeert met rechte benen de grond aan te raken en de prinses drukt zich tien keer op.
 
  Ze kijken om zich heen. "Wat een ongelooflijk mooie plek is dit", zegt de prinses. "De natuur is hier prachtig. Hier wil ik wonen. Regel dat maar!"
 


h03

Hoofdstuk 3

 
"Hoe los ik dit op?" denkt de prins. "Dat is toch een onmogelijke opdracht. Hier is helemaal niets!
Hoe moet ik hier nou ooit een plek om te wonen vinden?"
 
  Ivan loopt naar zijn paard en gaat rijden om zo de omgeving te verkennen. Misschien vindt hij ergens een leuk kasteeltje voor zijn vrouw.
 
Een eind verderop loopt een man. Als Ivan hem vraagt of hij een kasteel te koop weet, zegt de man: "Er is hier nergens in de buurt een kasteel te vinden Waarom bouwt u niet zelf een kasteel. Ik kan u daarbij helpen, majesteit."   Snel neemt Ivan de man mee naar zijn vrouw en glunderend zegt hij: "Zeg maar wat voor paleis je wil hebben, deze man kan er voor zorgen!" "Dat klopt,"zegt de man, "ik ben namelijk architect!"


h04

Hoofdstuk 4

 
Samen reizen ze naar het huis van de architect. Onderweg vertelt hij wat voor mooie gebouwen hij al ontworpen heeft: "Ik heb het kasteel van de graaf Van Mehrwijck ontworpen en de torens van het paleis van de koning van Verweggistan."
 
  In zijn huis laat de architect allerlei voorbeelden zien van kastelen en paleizen. Maar Naomi is niet onder de indruk: "Dit kasteel ziet er uit als een ruïne," zegt ze.
 
 
"En dit is op zich wel een mooi kasteel, maar zoiets hebben mijn vriendinnen ook, " gaat ze verder. "Ik wil een kasteel, zoals niemand anders heeft."
 
  "Hebt u nog iets anders?" vraagt Ivan voorzichtig.
"Als jullie iets bijzonders zoeken dan heb ik net wat voor jullie," antwoordt de architect. "Neem eerst wat te drinken, dan zal mijn knecht een paar hele mooie ontwerpen voor jullie ophalen."


h05

Hoofdstuk 5

 
Al snel kan de architect zijn beloofde ontwerpen laten zien. "Dit is iets wat niemand anders heeft," zegt hij. "Ik heb dit pas ontworpen."
"Ja, dit is net wat voor ons, Ivan!" roept Naomi. "Wat zullen mijn vriendinnen jaloers zijn!"
  "Ik ben vooral benieuwd wat mijn knechten er van vinden", zegt de prins, "want het kasteel moet goed te verdedigen zijn." De knechten zijn vol lof over het ontwerp, omdat er een valhek en ophaalbrug is.
 
 
"Maakt u het kasteel zoals het op de tekening te zien is of mogen we er dingen aan veranderen?" vraagt de prinses. "In overleg is er veel mogelijk", antwoordt de architect, "wel tegen meerprijs natuurlijk."
 
  "Geld is geen probleem. We willen een kasteel waar we ons veilig, maar vooral thuis voelen", antwoordt Ivan. "We gaan akkoord. U kunt beginnen!" "Dan zal ik de bouw gaan regelen," zegt de architect, "ik ken een heel betrouwbare timmerman. Ik werk graag met hem samen."


h06

Hoofdstuk 6

 
De architect gaat samen met Ivan en Naomi op zoek naar de meest geschikte plaats om het kasteel te bouwen. "Hier moet ie komen," zegt de prins. En hij geeft de architect een ferme handdruk. "Ik zal de timmerman gaan opzoeken, dan kunnen jullie kennismaken," zegt de architect.
 
  "O wat ben ik blij. Ik kan mijn geluk niet op!" De tranen biggelen de prinses over de wangen. "Eindelijk kan ik je een plek geven om te wonen," zegt Ivan. "Nog een tijdje geduld en je zult een echte kasteelvrouwe zijn.
 
 
De architect heeft de timmerman gevonden en samen gaan ze naar de prins. "Dit is Jacobus," stelt de architect de timmerman voor. "Dit is verreweg de beste en meest betrouwbare timmerman die je kunt vinden hier in de buurt."   Ivan en Naomi gaan helemaal af op het advies van de architect. Ze geven timmerman Jacobus de opdracht om hun kasteel te gaan bouwen. Jacobus gaat helemaal uit zijn dak: "Dit is een droom die werkelijkheid wordt!"


h06

Hoofdstuk 7

 
Timmerman Jacobus trommelt snel een paar knechten op en al gauw kunnen ze aan de slag. "Ik heb er alle vertrouwen in," zegt prins Ivan tegen de architect, "wij trekken nu verder en komen af en toe wel eens langs om te kijken."
 
  Ivan en Naomi worden uitgezwaaid door Jacobus, de architect en zijn knechtje. De prinses zit vol plannen om alvast spullen voor in het kasteel te kopen: "Ik weet een hele geschikte marskramer, bij hem kunnen we vast wel meubels vinden!"
 
 Het graven van het fundament is een werk dat nogal wat tijd en moeite kost. "Wat is de grond hier hard!" moppert één van de knechten. "Waarom moet het kasteel persé hier staan? Daar verder op is de bodem veel geschikter."   "Hallo allemaal", roept de prinses die vol ongeduld al weer terug gekomen is. "O, ik dacht dat de muren er al wel zouden staan!" Jacobus staat ineens stokstijf. Wat krijgen we nou? Hij wordt rood van woede. Wat wil dat verwend nest! Hij draait zich om om de prinses eens goed de waarheid te zeggen ...


h08

Hoofdstuk 8

 
Maar dan bedenkt hij zich, hij heeft een veel beter idee: hij zal de prinses eens goed te pakken nemen. "Als u overmorgen terugkomt, dan is uw kasteel wel klaar!" zegt Jacobus.
 
  De werklui moeten haast maken. "Eén, twee, drie," roept Jacobus, "vooruit, leg hem op de wagen." De timmerman heeft al een paar wanden klaar voor een torentje. Hij wil de prinses laten geloven dat dit het hele kasteel is.
 
 
 Dat vertelt hij haar de derde dag, als de prinses weer terugkomt: "Uw kasteel is klaar. U kunt uw spulletjes halen en het gaan inrichten." "Dat meent u niet!" schreeuwt Naomi, "dit is een piepklein kasteeltje! Ik haal Ivan er bij."   "Hier gaan we niet mee akkoord," zegt de prinses, "dit is niet volgens de bouwtekeningen van de architect!" Jacobus geeft prins Ivan een knipoog, terwijl hij tegen de prinses zegt: "Iets groters kon ik in twee dagen niet bouwen."


h09

Hoofdstuk 9

 
De prinses wordt rood van schaamte. Opeens beseft ze hoe dom ze zich gedragen heeft: "Sorry dat ik me zo liet gaan," zegt ze tegen Jacobus, "ik kan ook zo moeilijk wachten"! Maar ik beloof dat ik vanaf nu niet weer zal drammen."
 
  "Onder die voorwaarde wil ik wel weer verder met het werk," zegt Jacobus. En samen met de andere bouwvakkers gaan ze weer druk bezig met het bewerken van de grond en het aanslepen van stenen en hout voor de bouw.
 
De timmerlieden zijn ondertussen al bezig met het op maat zagen van planken voor in het kasteel. "Eén, twee, drie! Samen gaat het beter!" zingen de mannen onder het werk.   Als na een paar weken Ivan en Naomi weer langs komen, weten ze niet wat ze zien. De architect vertelt hun waar de grote zaal komt en dat er nog een verdieping boven komt. "Dit lijkt er meer op dan dat kleine torentje van eerst," lacht de prinses. "Wat hadden jullie mij toen goed te pakken!"


h10

Hoofdstuk 10

 
"Hier moet op gedronken worden," meent de architect. Hij laat vier kroezen bier komen en wijn voor de prinses. "Op een goede samenwerking."
 
  "Nou weet je wat, ik moet geduld hebben, laat ik me uitleven in het uitzoeken van spulletjes voor in het kasteel," denkt Naomi. Ze is weer bij de marskramer waar ze al eerder is geweest. Ze koopt een hele voorraad, maar ze moet er niet aan denken dat ze al die spullen zelf moet dragen.
 
 
"Helpen jullie eens mee!" beveelt ze haar knechten.  "Maar hoogheid," waagt één van de knechten te vragen: "Is het niet veel handiger als de spullen die u gekocht hebt, hier zolang mogen blijven staan?" Gelukkig luistert de prinses en vindt de koopman het goed.   Als ze weer bij het kasteel komen, is er heel wat werk verricht. "Ben ik zolang weggeweest?" vraagt Naomi verbaasd. "Als jij eenmaal aan het winkelen bent, vergeet je altijd de tijd," lacht Ivan. "En Jacobus heeft ondertussen niet stil gezeten!"


h11

Hoofdstuk 11

 
"Kom allemaal eens mee, ik wil jullie wat laten zien!" zegt prins Ivan tegen iedereen die het horen wil. "Timmerman Jacobus is zo hard opgeschoten! De burcht is al bijna klaar."   "Naomi komt ook weer langs om te kijken," vervolgt de prins. "Ze is zo'n schat, ik kan niet wachten tot we samen in dit kasteel kunnen trekken. Lang zal het vast niet meer duren."
 
 
"Moet je eens kijken hoe hard iedereen werkt. Hier zijn ze bovenop het dak aan het timmeren. Ik heb van Jacobus gehoord dat hier het torentje bovenop komt waarmee hij Naomi op de kast kreeg."   "Ik ben apetrots en reuzeblij!" jubelt Ivan. "Ik vind timmerman Jacobus zo'n toffe man. Ik ga vragen of ik hem oom Jaap mag noemen, zo leuk vind ik hem!"


h12

Hoofdstuk 12

 
De architect geeft Ivan en Naomi een rondleiding. "Zoals jullie zien is Jacobus met zijn mannen al een heel eind opgeschoten," zegt hij.
Naomi kijkt hem aan en denkt: Wat is er toch veranderd aan de man?
 
  "Hier is het bordes," gaat de architect verder. "Vanaf deze plek kunt u uw onderdanen toespreken en misschien ooit eens uw troonopvolger laten zien."
Heeft ie een andere trui aan, vraagt Naomi zich af.
 
Eén van de bouwlieden heeft pauze en zit op zijn luit te spelen. Ivan is onder de indruk en zegt: "Als het werk klaar is, wil je dan minstreel worden hier bij ons in het kasteel?"
Had ie die blauwe schoenen altijd al,
piekert Naomi verder.
  Terug beneden, vlak voordat ze weer zullen vertrekken, roept Naomi opeens: "Ik weet het, nu zie ik het!" "Wat bedoelt u," vraagt de architect?
"Ik zie nu opeens wat er anders aan u is," legt Naomi uit: "U hebt uw baard laten groeien! Dat ik dat niet eerder heb gezien."


h13

Hoofdstuk 13

 
De bouwlieden zitten bij elkaar voor de burcht. "Ik ben blij dat de burcht af is," zegt timmerman Jakobus. We hebben onze rust nu wel verdiend! Prinses Naomi moet niet meer zeuren."   Ivan en Naomi komen weer langs. De architect en Jacobus vertellen hun dat ze klaar zijn  met de burcht. Ivan is dolblij: "Wat fantastisch dat het zo snel is gegaan. En het ziet er nog grandioos uit ook!"
 
 
Timmerman Jacobus geeft de prinses een rondleiding door de burcht. "Moet ik via die ladder naar de troonzaal en naar mijn kamer?" roept Naomi ontzet uit. "Geen denken aan, ik wil een echte trap naar boven! Zorg dat die er komt!"   De belangrijkste raadgever van Ivan heeft de prins even apart genomen. "U bent wel heel enthousiast, maar het kasteel is nog niet af hoor! Dit gebouw is zo niet te verdedigen. De architect heeft beloofd dat er een valhek en ophaalbrug zou komen. Die heb ik nog niet gezien. Dat moet u wel tegen hem zeggen!"


h14

Hoofdstuk 14

 
"Hmm, kan ik u even spreken?" vraagt Ivan aan Jacobus en de architect. "Ik weet het niet zeker, maar volgens mij is het kasteel nog niet helemaal af. Misschien als jullie ..."
"Ho stop, dit moet anders," zegt de knecht: "Jullie moeten het kasteel met muren, valhek, verdedigingstorens  en ophaalbrug leveren,
anders betalen we geen cent!"
 
  De timmerlieden moeten hun vakantie nog even uitstellen en ze gaan met z'n allen weer hard aan het werk.
"Dat ziet er goed uit," roept de architect naar boven, "dat is puik werk. En eerlijk gezegd heeft de prins wel gelijk, ik was het gewoon vergeten."
 
"Dank u wel, oom Jaap!" zegt Naomi. "Dit is precies de trap zoals ik me die had voorgesteld. Zo kan ik tenminste fatsoenlijk  mijn eigen kamer betreden. En dat is natuurlijk heel belangrijk, vooral als ik over een poosje koningin ben."
 
  Als de werklieden weer eens pauze hebben, gaat één van de timmerlui onopvallend naar de verdedigingsmuur. Het is de man die als minstreel in het kasteel aan het werk kan, als het karwei af is. Het lijkt alsof hij wat in zijn schild voert ...


h15

Hoofdstuk 15

 
En dat blijkt ook zo te zijn: de man neemt een bijl mee en gaat naar buiten. Daar begint hij in de pas gemetselde kasteelmuur te slaan.
 
  De timmerman verstaat zijn vak en binnen de kortste keren heeft hij een gat gemaakt zo groot als een deur. "Zo, dat is dat! De helft van mijn plannetje is al bijna klaar!" zegt de man zachtjes in zichzelf.
 
Terwijl de andere werklieden op een andere plek aan het werk zijn, plaatst de minstreel een wandje aan de binnenkant van de muur. De gat die hij zojuist heeft gemaakt is zo vakkundig weggewerkt.   "Nu de wand nog even vastzetten en dan kraait er geen haan naar," lacht de man. "Deze geheime doorgang zal vast nog een keer van nut zijn. Dat weet ik zeker!"

h16

Hoofdstuk 16

 
"Dit ziet er toch prachtig uit!" zegt Ivan tegen zijn Naomi. "Inderdaad, vanaf hier kunnen we onze onderdanen toespreken en kunnen ze ons toejuichen," antwoordt de prinses, duidelijk in haar nopjes.   "Wat een fantastisch uitzicht heb je hier!" roept de prins uit. "Ik kan echt heel ver kijken. Geen vijand kan ongemerkt bij het kasteel komen!"
 
Oom Jaap laat de ophaalbrug zien: "Kijk, als de brug omhoog is, kan er echt niemand meer in en uit! U en de prinses kunnen met een gerust hart slapen."   Het kasteel is helemaal af. Ivan bedankt oom Jaap en de andere werklui hartelijk voor al hun werk: "Nogmaals, heel erg bedankt. Eindelijk kan ik met Naomi het paleis betrekken."
 


En Ivan en Naomi, ze leefden nog lang en gelukkig ...